Zijn vrouwen intelligenter dan mannen?
Zijn vrouwen beter in het oplossen van puzzels dan mannen? Zijn vrouwen beter in het begrijpen van emoties en zijn vrouwen beter in het begrijpen van de vraagstukken des levens? Intelligentie is een breed concept en omvat allerlei domeinen. Er bestaat bijvoorbeeld een vorm van intelligentie die te maken heeft met de sociale omgang tussen mensen. Er bestaat ook een vorm van intelligentie die te maken heeft met het vermogen om verbanden te zien in een chaotische omgeving. Een ander soort intelligentie heeft te maken met taalwerving, creativiteit en rekenen. Hoe zit het met intelligentie in de breedste zin van het woord? Zijn er verschillen tussen mannen en vrouwen?
Wat is intelligentie eigenlijk?
Voor veel mensen betekent intelligentie het vermogen om puzzels op te kunnen lossen. Voor andere mensen betekent het begrip juist iets heel anders en ligt de nadruk meer op de sociale omgang tussen mensen. Het vermogen om andere mensen te begrijpen en daar adequaat op te kunnen reageren. Wetenschappers vinden dat intelligentie niet één ding betekent maar meerdere domeinen beslaat. Je moet dan denken aan het vermogen om doelgericht te kunnen handelen, rationeel te kunnen denken en effectief met de omgeving om te kunnen gaan.
Intelligentie is uiteaard meer dan dat. Intelligentie is een begrip dat je kunt onderverdelen. Denk bijvoorbeeld aan de volgende punten:
- Flexibiliteit: je kunt je snel aanpassen aan nieuwe situaties
- Kennis toepassen: wat je geleerd hebt ook kunnen toepassen tijdens nieuwe taken
- Problemen oplossen: een vorm van creativiteit
- Constanten kunnen zien in een chaotische omgeving
- Zelfstandigheid: je kunt jezelf redden en hebt geen instructies nodig
- Abstract en logisch kunnen redeneren
- Consistent kunnen redeneren (niet van de hak op de tak)
De bovenstaande punten is niet het hele verhaal over intelligentie. Er zijn wetenschappers die vinden dat intelligentie nog verder onder te verdelen is. Sternberg (een Amerikaanse psycholoog) vindt dat intelligentie ook te maken heeft met sociale omgang tussen mensen (sociale intelligentie), de zelfkennis die je hebt (emotionele intelligentie) en het niveau van creativiteit (synthetische intelligentie).
De meeste intelligentietesten die je kunt maken zijn allemaal gebaseerd op een bepaalde vorm van intelligentie die Algemene Intelligentie wordt genoemd. Deze algemene intelligentie meet met name het vermogen om mentale kracht toe te passen (ook wel denkvermogen genoemd). Het denkvermogen heeft vooral betrekking op je wiskundige vaardigheden, het zien van verbanden en het abstract kunnen redeneren.
Vloeibare en gekristaliseerde intelligentie
Gekristaliseerde intelligentie
- Kennis en feitjes
- Ervaring en wijsheid
- Onthouden van nieuwe woorden en niet complexe zaken
Sommige mensen komen heel erg slim (of wijs) over. Ze hebben een vlotte babbel, hebben veel kennis van de feitjes en hebben een fotografisch geheugen. Ze kopiëren gedrag en nemen bepaalde gewoontes, houdingen en woordkeuzes in een snel tempo over. Deze mensen, die vaak kunnen praten als Brugman, laten gekristaliseerde intelligentie zien. Dit is een vorm van intelligentie die met name te maken heeft met het kopiëren en onthouden van gedrag, feitjes en patronen. Gekristaliseerde intelligentie stijgt naarmate men ouder wordt. Denk aan de uitspraken:
- Jong geleerd is oud gedaan
- Kennis komt met de jaren
Vloeibare intelligentie
- Patroon herkenning
- Problemen oplossen
- Abstract redeneren
Aan de andere kant zijn er mensen met een hoge vorm van vloeibare (of fluïde) intelligentie. Deze mensen zijn vaak behoorlijk creatief. Ze zien verbanden die een ander niet ziet. Deze mensen zoeken zelf naar oplossingen, vaak vanuit een nieuwe invalshoek. Ze zijn probleemoplossend, denken abstract en vinden het leuk om nieuwe zaken te ontdekken of te herontdekken. Vloeibare intelligentie stijgt naarmate men ouder wordt, kent een piek tijdens jonge volwassenheid en daalt vervolgens weer. Jonge en oude mensen zijn doorgaans minder goed in het uiten van vloeibare intelligentie.
De verschillen tussen mannen en vrouwen
Als we specifiek kijken naar de scores op intelligentietesten tussen mannen en vrouwen valt op dat er weinig verschillen zijn. Dit betekent dat mannen en vrouwen ongeveer even intelligent zijn. Wel valt op dat de spreiding bij mannen groter is. Dit betekent dat er meer hoogbegaafde mannen zijn, maar het betekent ook dat er meer mannelijke zwakbegaafden zijn.
Wanneer er gekeken wordt naar bepaalde onderdelen van intelligentietesten valt op dat:
1. Meisjes en vrouwen zijn beter in taal (zowel gesproken als geschreven).
2. Jongens en mannen zijn beter in redeneren. Jongens begrijpen het volgende voorbeeld sneller dan meisjes.
''Emma heeft twee koekjes. Zij heeft één koekje minder dan Loes. Hoeveel koekjes heeft Loes?''. Als je met één koekje antwoord heb je het niet goed begrepen en is de kans groter dat je een meisje bent.
3. Ruimtelijke oriëntatie is soms beter ontwikkeld bij jongens en mannen. Het verschil is soms te zien in de prestaties op het onderdeel geometrische vormen in een intelligentietest. Meisjes kunnen slechter zijn in het mentaal omdraaien van geometrische figuren. Let op: het verschil wordt niet altijd gevonden.
Vrouwen zijn academisch succesvoller
De laatste jaren is er een verschuiving te zien op het gebied van academisch succes. De gewoonte was dat jongens en mannen vaker een academische titel hadden. Tegenwoordig is dat niet meer het geval. Steeds meer vrouwen dan mannen studeren af en halen gemiddeld hogere cijfers. Met name vrouwen van tussen de 24 - 34 jaar oud hebben een hoger opleidingsniveau. Vrouwen studeren ook vaker en sneller af dan mannen.